Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [29]Daar [30]roepen zij; maar Hij antwoordt niet, vanwege den [31]hoogmoed der bozen. 29. Te weten, in hun nood, als zij verdrukt worden. 30. Te weten, tot God. 31. Dat is, het trots geweld dergenen, van wie zij verdrukt worden. Hoewel hun roepen niet vergezelschapt was met godvruchtigheid, gelijk het volgende verklaart; zie ook boven, vs.9,10.